Biografie

Adriaan Van Aken (1973) begon eind jaren ’90 zonder veel voorkennis aan de opleiding toneelregie in Brussel. Zijn eerste werkstukjes bevatten meteen alle componenten waar hij zich later, als professioneel theatermaker, verder in zou verdiepen: combinaties van tekst, muziek, videobeelden en audiomontage. Het levert theater op dat niet teveel ‘des theaters’ is. En dat altijd recht naar het publiek wordt gespeeld. Iets waar zijn voorgeschiedenis als stand-up-puberpoëet en popmuzikant zeker voor iets tussenzit.

Afstuderen aan het Rits deed hij met een theaterversie van Willem Elsschots novelle ‘Het Dwaallicht’. Een ode aan Antwerpen, de stad waar hij opgroeide en nog steeds leeft. Een stad die nog vaak zou opduiken in zijn werk. Niet in het minst in de strips-met-soundtrack die hij maakte met tekenaar Philip Paquet en muzikant Youri Van Uffelen. ‘Over naar jou’ (2006) en ‘Weer over naar jou’ (2009), origineel twee theaterteksten die Adriaan schreef voor het Leuvense gezelschap Braakland/ZheBilding (BZB).    

Leuven is het andere been waarop Van Aken staat. Hij leerde er zijn vrouw kennen. Om maar één ding te noemen. Kreeg er zijn eerste regie-opdrachten bij Germaniatoneel. En in 2001 sloot hij er zich aan bij Braakland/ZheBilding (BZB) - een gezelschap rond zijn ex-studiegenoot Stijn Devillé – dat net een kleine subsidie had verworven met als expliciete opdracht ‘artistieke grenzen verkennen’. Dat zinde hem wel.

Het was het begin van een zoektocht die de twee al heel snel naar muziektheater leidde. Doordat Devillé en Van Aken hun teksten even au sérieux namen als het materiaal waar de muzikanten mee kwamen aanzetten, ontstonden al gauw de krijtlijnen voor hun heel eigen vorm van theater. Theater dat focust op de combinatie van (veelal gesproken) tekst en hedendaagse, niet-klassieke muziek (popmuziek, maar in de ruimste zin van het woord).

Ook binnen dat genre blijft Van Aken grenzen opzoeken. Door ‘Dansen Drinken Betalen’ (2006), een voorstelling die bij momenten stevig rockt, niet alleen in theaters, maar ook in het clubcircuit te gaan spelen. En er zo nieuw publiek voor te vinden. Door toneelteksten te verstrippen. En bij die strips nieuwe muziek te laten maken. En daar een live-evenement voor cultuurcentra, bibliotheken en festivals uit te puren. Door van zijn tekst ‘Gevoelige Mensen’ (2009) eerst een luisterspel te maken in de studio en dat daarna op korte tijd te ensceneren. Zoals een popgroep te werk gaat: eerst een plaat maken en die dan live gaan spelen.

Ook binnen zijn meer reguliere werk voor BZB houdt hij van originele materialen en insteken. Het naar de scène vertalen van het script van zijn lievelingsfilm ‘Trust’ (naar Hal Hartley, 2007) bijvoorbeeld. Met vier van BZB’s lievelingsacteurs (Kris Cuppens, Pieter Genard, Jessa Wildemeersch en Sara Vertongen), en twee van Adriaans muzikale helden: Rudy Trouvé en Mauro Pawlowski.

Ook ‘Dwaallicht’ (2010) heeft een typische Van Aken-insteek. Hij laat de toeschouwer Elsschots novelle binnenstappen langs de achterdeur: de laatste zinnen van het boekje, waarin Laarmans zich ‘een liedje uit zijn jeugd herinnert’. De tekst van het liedje klinkt even troosteloos als de weersomstandigheden in het verhaal (“Een ellendige novemberavond, met een motregen...”). Maar het liedje zelf bleek, na handig opzoekingswerk, een vrolijk drinkemanslied te zijn: ‘There is a Tavern in the Town’ heet. Wat een heel ander, veel vrolijker licht werpt op Elsschots schrijfsel. Het wekt de suggestie dat Laarmans na de mislukte zoektocht naar Maria Van Dam niet naar huis gaat (naar zij ‘die hem vervelen’), maar alsnog naar zijn stamkroeg trekt om het op een drinken te zetten.

Ook ‘Kaspar’ (2003) en ‘Immaculata’ (2005) mogen niet onvernoemd blijven. Het zijn twee teksten die hij samen met Stijn Devillé schreef en die zodoende een veelheid aan schrijf- en verteltechnieken bevatten. Heel eclectisch allemaal, met nogal wat rijmelarij, veel sketchen, grappen en grollen, hier en daar een liedje, maar ook passages die duidelijk de kiem bevatten van de uitgepuurdere schrijfstijlen die beide heerschappen heden ten dage hanteren.

Daar is ‘Roadmovie’ (2007), waarin Van Aken voor het eerst kleine dialoogjes toevoegt aan zijn schriftuur,  een mooi voorbeeld van. Een tekst die samen met ‘Dansen Drinken Betalen’ (2006) en ‘Gevoelige Mensen’ (2009) zijn hoogsteigen “trilogie van het vluchten” vormt. En zo het hart van zijn kleine oeuvre uitmaakt. In volgende passage die Adriaan zelf als ‘favoriet’ uitkoos, horen we een vader aan het woord die zijn dochter na veel omzwervingen eindelijk vertelt wat hij haar al zolang wilde zeggen…

vader
            dochter

dochter?

            ja, vader.

heb ik je nu eigenlijk al verteld

dat het leven kut is?

            nee.

            maar ik was er zelf al achter.

echt?     

            ja, echt.

af en toe valt het mee hoor…

            echt?
nee.

 

(Uit: ‘Roadmovie’, 2007)
toneelwerk

2001 Schimmen (theaterbewerking Paul Auster) ism met Stijn Devillé
2002 Vertigo ism met Stijn Devillé
2003 Kaspar / Kasperkasperken ism met Stijn Devillé
2003 Ex-revolutionair / Nacht in Nijinski
2004 Over naar jou – weer over naar jou
2004 Immaculata ism met Stijn Devillé
2005 De vreemdeling (theaterbewerking Albert Camus) ism met Stijn Devillé
2006 Dansen Drinken Betalen
2006 Burgerman  ism met Stijn Devillé    
2007 Trust (theaterbewerking Hal Hartley)
2008 Roadmovie     
2009 Gevoelige Mensen (luisterspel en voorstelling)
2010 Dwaallicht (theaterbewerking Willem Elsschot)

Contact

adriaan@braakland.be