Juliana Cornelia de Lannoy (1738-1782) Op 19 april 1770 ging De belegering van Haerlem in première in de Amsterdamse stadsschouwburg op de Keizersgracht. Het stuk van de Brabantse barones Juliana de Lannoy werd zeer positief ontvangen en zou meer dan zestig jaar op het repertoire blijven. Pas vier jaar voor De belegering van Haerlem debuteerde De Lannoy met haar gedicht Aan mijn geest. In haar tragedies kregen vrouwelijke personages een prominentere en meer beslissende rol. Het Haarlemse icoon Kenau gaf ze zelfs geheel nieuw vorm. Hiermee zou De Lannoy met haar treurspel een blijvende stempel drukken op de beeldvorming van Kenau.